In Lottum is het stuk landbouwgrond tussen het dorp en de rivier (het Maasveld) vrij groot vergeleken met andere dorpen aan de Maas en uiterst geschikt voor boomteelt.
Men hield zich aanvankelijk vooral bezig met het enten van fruitbomen. De voedselvoorziening door fruit was belangrijker dan de sierteelt en de opbrengst dus hoger.
Eind 19e eeuw waren de ontwikkelingen gunstig voor de sierteelt.
A.Deusser, Lottum, van Arcen uit gezien, met bodemmist, avondlandschap aan de Maas, 1918 copyright Deusser Stiftung
De eerste rozen werden rond 1875 in Lottum gekweekt.
Lottum kreeg een eigen treinhalte, bij het station werd een rozenperk aangelegd voor promotie van de roos.
De Lottumse fruittelers hadden weinig moeite om in hun productieproces de methode van het enten (fruit) ook het verwante oculeren (rozen) toe te passen. Bovendien vergde de opstart als rozenkweker geen grote geldelijke investeringen. Ook de mechanisatie kostte minimale investeringen: plantschop, oculeermesje, schoffel.
Als een kweker na jaren investeren in het kruisen van rozen (door bestuiving) een nieuwe geschikte roos weet te telen, laat hij deze patenteren.
Ieder andere kweker die deze soort dan in zijn assortiment wil opnemen om te vermenigvuldigen (oculeren), moet dan ‘patent’ (een vastgesteld bedrag) betalen aan de patenthouder (de ‘uitvinder’ van die roos).
In Lottum zijn weinig tot geen nieuwe soorten ontwikkeld. Gelukkig zagen de eerste Lottumse rozenkwekers het belang van goede relaties met de handel in, want voor vernieuwing van hun assortiment waren ze afhankelijk van rozenkwekers die nieuwe soorten op de markt brachten.
Oculeren is het inbrengen van een slapend oog van de te vermeerderen rozensoort in een wilde onderstam.
Deze methode werd voor het eerst in 1849 in Frankrijk toegepast. Als onderstam werd vaak de ‘Rosa canina’ gebruikt.
In de loop der jaren zijn vele nieuwe onderlagen op de markt gekomen.
Voor het inzetten van de oculatie gebruikt men een oculeermesje. In de bast van de onderstam maakt men een T-snede. Deze wordt met het mesje naar beide zijden opengeklapt, waarna de oculatie achter de bast geschoven kan worden op het hout van de onderstam. In het verleden werd de oculatie met raffia afgebonden. Kort na WO II was raffia schaars en werden rubberstrips gebruikt. Begin jaren 50 kwam de ‘Fleischhauer’ op de markt; een brede rubberen snelbinder met een nietje er doorheen.
Het aantal rozenkwekers rond Lottum is dramatisch gedaald ten opzichte van de jaren van bloei.
Hiervoor zijn een aantal oorzaken aan te wijzen.
Met de groei van het aantal kwekers groeide ook de produktie. Toen mede als gevolg van de oliecrisis is 1973 de afzet stokte leidde dit tot overproduktie en prijzen onder de kostprijs waardoor verschillende kwekers de teelt beëindigden.
Na de val van het IJzeren Gordijn in 1989 werd de West-Europese markt opengesteld voor rozen uit het Oostblok. Produktie in met name Polen en Hongarije was aanmerkelijk goedkoper dan in en rond Lottum waardoor de concurrentiepositie verslechterde.
Door de omschakeling van de kasrozenteelt van grondgebonden naar substraatteelt verviel de teelt van halfjarige rozenstruikjes voor de kasrozenteelt.
Door de afnemende marges was schaalvergroting nodig waarvoor geïnvesteerd moest worden om zo veel mogelijk handelingen te mechaniseren. Voor veel oudere kwekers was dit een reden om te stoppen.
Ondanks het sterk afgenomen aantal kwekers is de rozenteelt in en rond Lottum nog steeds een belangrijke bedrijfstak. Met name de teelt van rozen in pot is de laatste jaren sterk gegroeid. Ook komen er steeds meer heesterrozen op de markt die door middel van stekken aanzienlijk goedkoper geproduceerd kunnen worden dan de traditioneel door oculeren vermeerderde rozen.
De Rozenhof is geopend t/m 27 oktober 2024.
Tijdens de wintermaanden zijn wij geopend op zondagen van 13.30 – 16.30 uur voor koffie, thee en meer.